schaamschot
Nederlands
Woordafbreking
- schaam·schot
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van schaam ww en schot
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schaamschot | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
schaamschot o
- tussenschot in een openbare ruimte dat de privacy moet bevorderen, met name gebruikt om naast elkaar gelegen urinoirs (bet. 2) van elkaar af te schermen
- Artikel 9, eerste lid, van de Regeling eisen verblijfsruimte penitentiaire inrichtingen van 24 december 1998 eiste dat het sanitair in de verblijfsruimten is afgeschermd door middel van een schaamschot.[1]
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord schaamschot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- Wijziging Regeling eisen verblijfsruimte penitentiaire inrichtingen, Staatscourant, jaargang 2004, nr. 175
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.