samenspraak
Nederlands
Woordafbreking
- sa·men·spraak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van samen en spraak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | samenspraak | samenspraken |
verkleinwoord | samenspraakje | samenspraakjes |
Zelfstandig naamwoord
samenspraak v / m [1]
- het samenspreken, het gesprek tussen een aantal personen
Gangbaarheid
- Het woord samenspraak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'samenspraak' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.