samenbrengen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sa·men·bren·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
samenbrengen
bracht samen
samengebracht
zwak -cht volledig

Werkwoord

samenbrengen

  1. overgankelijk zaken of personen van verschillende plaatsen op één plaats verzamelen
    • Alle soorten kraanvogels van de wereld zijn in dit park samengebracht. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord samenbrengen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.