roemvol

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • roem·vol
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen roemvolroemvollerroemvolst
verbogen roemvolleroemvollereroemvolste
partitief roemvolsroemvollers-

Bijvoeglijk naamwoord

roemvol

  1. met veel roem
    • Het voetbalteam behaalde een roemvolle overwinning op het toernooi. 

Gangbaarheid

  • Het woord roemvol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
89 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.