riepen uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  riepen uit    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈripə(n) ˈœyt/
Woordafbreking
  • rie·pen uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitroepen

riepen (…) uit

  1. meervoud verleden tijd van uitroepen
    • Wij riepen uit. 
    • Jullie riepen uit. 
    • Zij riepen uit. 

Gangbaarheid

  • Het woord riepen uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.