regulair

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·gu·lair
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het OudFranse 'regulaire' of het Latijnse regula (regel) met het achtervoegsel -air [1]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen regulairregulairderregulairst
verbogen regulaireregulairdereregulairste
partitief regulairsregulairders-

Bijvoeglijk naamwoord

regulair

  1. regelmatig, geregeld, regulier [2]
Antoniemen
  • irregulair
Afgeleide begrippen
  • regulariteit
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord regulair staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
88 %van de Nederlanders;
83 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.