rammelt af
Nederlands
Woordafbreking
- ram·melt af
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aframmelen |
rammelt (…) af
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aframmelen
- Jij rammelt af.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aframmelen
- Hij rammelt af.
- verouderde gebiedende wijs meervoud van aframmelen
- Rammelt af!
Gangbaarheid
- Het woord rammelt af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.