rammelde af

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rammelde af    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈrɑməldə ˈɑf/
Woordafbreking
  • ram·mel·de af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aframmelen

rammelde (…) af

  1. enkelvoud verleden tijd van aframmelen
    • Ik rammelde af. 
    • Jij rammelde af. 
    • Hij, zij, het rammelde af. 

Gangbaarheid

  • Het woord rammelde af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.