rakelt op

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rakelt op    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈrakəlt ˈɔp/
Woordafbreking
  • ra·kelt op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
oprakelen

rakelt (…) op

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oprakelen
    • Jij rakelt op. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oprakelen
    • Hij rakelt op. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van oprakelen
    • Rakelt op! 

Gangbaarheid

  • Het woord rakelt op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.