ragout
Nederlands
Woordafbreking
- ra·gout
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘gerecht’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1699 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ragout | ragouts |
verkleinwoord | ragoutje | ragoutjes |
Zelfstandig naamwoord
ragout m
- (voeding) een gerecht dat bestaat uit stukjes gesneden vlees, gevogelte of vis in saus.
- Als voorgerecht maak ik een ragoutje van champignons.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord ragout staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ragout' herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.