putten

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • put·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
putten
putte
geput
zwak -t volledig

Werkwoord

putten [2] [3] [4]

  1. (water) halen uit, ontlenen aan
  2. (sport) overgankelijk (de bal) in de hole proberen te slaan
  3. ophalen
Hyponiemen

Zelfstandig naamwoord

putten mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord put

Gangbaarheid

  • Het woord putten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.