purgeren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pur·ge·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘het lichaam zuiveren’ voor het eerst aangetroffen in 1285 [1]
  • afgeleid van het Franse purger (met het achtervoegsel -eren) [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
purgeren
purgeerde
gepurgeerd
zwak -d volledig

Werkwoord

purgeren [3]

  1. overgankelijk laxeren, afdrijven
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord purgeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
61 %van de Nederlanders;
79 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.