pronker

Nederlands

Uitspraak

Geluid: pronker (hulp, bestand)

Woordafbreking

pron·ker

Woordherkomst en -opbouw

naamwoord van handeling pronken met het achtervoegsel -er

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	pronker	pronkers
verkleinwoord	pronkertje	pronkertjes

Zelfstandig naamwoord

pronker m [1]

iets of iemand die zich mooier voordoet dan hij of zij eigenlijk is

- De grootste pronker van het dierenrijk is niet pauw, hert of neushoornkever, maar het nederige fruitvliegje. [2]

Synoniemen

snoeshaan, dandy, ijdeltuit, saletjonker, fat,

Verwante begrippen

pronkerig, pronkerij

Gangbaarheid

Het woord pronker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pronker' herkend door:

92 %	van de Nederlanders;
95 %	van de Vlamingen.

Verwijzingen

Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
NRC Lucas Brouwers 28 mei 2016 Fruitvlieg is twintig keer kleiner dan zijn sperma

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.