privébank
Nederlands
Woordafbreking
- pri·vé·bank
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van privé bn en bank zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | privébank | privébanken |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
privébank v/m
- financiële instelling voor (zeer welgestelde) particulieren
- Prins Amedeo, de oudste zoon van de Belgische prinses Astrid, vertrekt met zijn gezin uit België. Hij gaat in Bazel werken voor de privébank van zijn vader. Dat meldt Het Nieuwsblad donderdag.[1]
- In het rapport wordt de naam genoemd van de topman van een privébank die vermoedelijk met medeweten van de leiding van de APSA fraudeerde met rekeningen van het Vaticaan. Eerder werd oud-president van de APSA Nunzio Scarano al beschuldigd van onder andere witwaspraktijken.[2]
Gangbaarheid
- Het woord privébank staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'privébank' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- de Telegraaf 29 dec. 2016 Belgische prins Amedeo verhuist naar Zwitserland
- de Telegraaf 03 nov. 2015 Afdeling Vaticaan gebruikt voor fraude
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.