pompbak

Nederlands

pompbak
Uitspraak
Woordafbreking
  • pomp·bak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pompbak pompbakken
verkleinwoord pompbakje pompbakjes

Zelfstandig naamwoord

pompbak m [1]

  1. een bak die het water opvangt van een kraan
    • Bregman ontvangt zijn gasten in de voormalige keuken, die bijna de hele onderste verdieping van het huis beslaat. Plavuizen op de vloer, een grote schouw, een pompbak in de hoek. Simpel en authentiek: dit is geen keuken waarnaar je vanachter een touwtje bewonderend mag kijken, hier mag je gewoon plaatsnemen op een van de stoelen met biezen zittingen en koffie drinken uit de automaat die achter een deur verborgen zit. Vlak achter de glas-in-loodramen blinkt het water van de gracht. [2] 
    • 'Je kan je niet voorstellen hoe snel de dieven hier in onze straat wel kunnen toeslaan', vertelt Francis Thoen, die samen met zijn echtgenote Helène Verbeeren al 33jaar in een rijwoning in de Meyskensstraat in Wemmel woont. 'Onlangs zette ik een inox pompbak buiten om die in mijn auto te laden en naar mijn dochter te brengen. [3] 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord pompbak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
78 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Reformatorisch Dagblad Enny de Bruijn 17-07-2002 „De sleutel van mijn hart is die van deze tuin”
  3. De Standaard 12 MEI 2010 Joris Herpol 'Pompbak gestolen in enkele seconden'
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.