pijnloos

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pijn·loos
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van pijn met het achtervoegsel -loos
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen pijnloospijnlozerpijnloost
verbogen pijnlozepijnlozerepijnlooste
partitief pijnloospijnlozers-

Bijvoeglijk naamwoord

pijnloos

  1. zonder pijn
    • De dokter zei dat het een pijnloze ingreep zou worden, maar de patiënt gilde het uit van de pijn. 

Gangbaarheid

  • Het woord pijnloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.