pakking
Nederlands
![](../I/m/Pakking.jpg)
Woordafbreking
- pak·king
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pakking | pakkingen |
verkleinwoord | pakkinkje | pakkinkjes |
Zelfstandig naamwoord
pakking v [2]
- (techniek) een afdichting gemaakt van een flexibel materiaal gebruikt in motoren en pompen om iets water- of luchtdicht te maken
- Mobiliteitsvereniging VAB claimde vorig jaar dat E10 schadelijk kan zijn voor sommige (oudere) wagens omdat het bijtender is dan de oude Euro 95 en dichtingen, keerringen en pakkingen in een motor kan aanvreten. [3]
- In het bedrijf van Zomer ligt het vol met de 'ingewanden' van automotoren. Kleppen, pakkingen, zuigers, krukassen, nokkenassen, bouten en moeren in alle soorten en maten. [4]
Vertalingen
1. (techniek) een afdichting gemaakt van een flexibel materiaal gebruikt in motoren en pompen om iets water- of luchtdicht te maken
Gangbaarheid
- Het woord pakking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pakking' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- pakking op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- de Standaard 20/augustus/2012 door jta
- Tubantia 03-06-2008
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.