paardendek

1. Marokkaans paardendek, versierd met borduursels.

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  paardendek    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈpardə(n)ˌdɛk/
Woordafbreking
  • paar·den·dek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord paardendek paardendekken
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

paardendek o

  1. stevig kleed om over de rug van een paard te leggen
    • Dit hol had een paardendek tot dak, schrijflessenaars tot muren en daarbinnen brandde een klein kacheltje in volle kracht; een zwart potje stond er op en een oude heks boog er zich overheen. [2]
Hyperoniemen
  • schabrak
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord paardendek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.