overhoring

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  overhoring    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˌovərˈho̝rɪŋ/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˌovərˈhorɪŋ/
Woordafbreking
  • over·ho·ring
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van overhoren met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud meervoud
naamwoord overhoring overhoringen
verkleinwoord overhorinkje overhorinkjes

Zelfstandig naamwoord

overhoring v

  1. het nagaan of iemand bepaalde kennis in voldoende mate tot zich genomen heeft door het stellen van vragen over deze kennis
    • Bij de overhoring bleek hij de stof zeer goed te beheersen. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord overhoring staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.