opvissen
Nederlands
Woordafbreking
- op·vis·sen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van op en vissen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
opvissen |
viste op |
opgevist |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
opvissen
- overgankelijk door te vissen aan boord brengen
- Zij hadden daar restanten van een Romeinse tempel opgevist.
Gangbaarheid
- Het woord opvissen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'opvissen' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.