optimum

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·ti·mum
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘toppunt’ voor het eerst aangetroffen in 1926 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord optimum optima
verkleinwoord optimumpje optimumpjes

Zelfstandig naamwoord

optimum o

  1. optimale waarde, het minimum van een kostfunctie, het maximum van een opbrengst

Gangbaarheid

  • Het woord optimum staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
89 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.