opgericht

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·ge·richt
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
oprichten

opgericht

  1. voltooid deelwoord van oprichten
stellend
onverbogen opgericht
verbogen opgerichte

Bijvoeglijk naamwoord

opgericht

  1. begonnen, gestart
    • De pas opgerichte voetbalvereniging kreeg direct al veel leden. 
  1. rechtop gezet, overeind gekomen
    • Het recent opgerichte standbeeld is een blikvanger op het plein. 

Gangbaarheid

  • Het woord opgericht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.