onvatbaar

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·vat·baar
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen onvatbaaronvatbaarderonvatbaarst
verbogen onvatbareonvatbaardereonvatbaarste
partitief onvatbaarsonvatbaarders-

Bijvoeglijk naamwoord

onvatbaar

  1. immuun, resistent
  2. onbegrijpelijk
Antoniemen
Afgeleide begrippen
  • onvatbaarheid
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord onvatbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.