ontzetting

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ontĀ·zetĀ·ting
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van ontzetten met het achtervoegsel -ing.
1 enkelvoud meervoud
naamwoord ontzetting -
verkleinwoord - -
2 enkelvoud meervoud
naamwoord ontzetting ontzettingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

ontzetting v

  1. grote mate van schrik
    • De ontzetting stond op zijn gezicht af te lezen. 
  1. (juridisch) volgens artikel 31 van het Belgisch Strafwetboek, een rechterlijke beslissing die aan de veroordeelde het recht ontneemt bepaalde burgerlijke en/of politieke ambten uit te oefenen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord ontzetting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.