ontwijken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ont·wij·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
ontwijken
ontweek
ontweken
klasse 1 volledig

Werkwoord

ontwijken

  1. ergatief ontsnappen uit een insluiting
    • Er is veel lucht uit de band ontweken. 
  1. overgankelijk trachten contact te vermijden
    • Hij had hem enige tijd weten te ontwijken, maar liep nu tegen de lamp. 

Gangbaarheid

  • Het woord ontwijken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.