ongans

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·gans
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘ongezond’ voor het eerst aangetroffen in 1287 [1]
  • antoniem van gans met het voorvoegsel on- [2]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen ongansonganseronganst
verbogen onganseongansereonganste
partitief ongansongansers-

Bijvoeglijk naamwoord

ongans [3] [4]

  1. ongezond, onwel
Antoniemen

Zelfstandig naamwoord

ongans geslacht?

  1. schapeziekte veroorzaakt door leverbot
Synoniemen
  • galligheid, leverbotziekte, ongansheid
Afgeleide begrippen
  • ongansheid

Gangbaarheid

  • Het woord ongans staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
80 %van de Nederlanders;
27 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.