omwenteling
Nederlands
Woordafbreking
- om·wen·te·ling
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van omwentelen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | omwenteling | omwentelingen |
verkleinwoord | omwentelingetje | omwentelingetjes |
Zelfstandig naamwoord
omwenteling v
- (politiek) een omverwerping van de heersende orde
- Gelukkig verliep deze omwenteling zonder enig geweld.
- overdrachtelijk een grote verandering in de bestaande verhoudingen
- De relativiteitstheorie betekende een ware omwenteling in de natuurkunde.
- volledige draaiing om een as
- De aarde maakt een enkele omwenteling in vierentwintig uur.
Synoniemen
- [1,2] revolutie
Hyponiemen
- staatsomwenteling
Afgeleide begrippen
- omwentelingsas, omwentelingscilinder, omwentelingsgezind, omwentelingskegel, omwentelingslichaam, omwentelingsoppervlak, omwentelingssnelheid, omwentelingstijd, omwentelingsverhouding, omwentelingsvlak
Vertalingen
1. politieke revolutie
|
2. algemene grootscheepse verandering
3. volledige draaiing
Gangbaarheid
- Het woord omwenteling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'omwenteling' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.