noteren
Nederlands
Woordafbreking
- no·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘aantekenen’ voor het eerst aangetroffen in 1400 [1]
- afgeleid van het Franse noter (met het achtervoegsel -eren) [2] [3]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
noteren |
noteerde |
genoteerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
noteren
- aantekeningen maken
- Noteer woord voor woord zijn verklaring.
Hyponiemen
Vertalingen
1. aantekeningen maken
Gangbaarheid
- Het woord noteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'noteren' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.