norsky

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /nɔrskɪ/
Woordafbreking
  • nor·sky
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het bijvoeglijk naamwoord norský met het achtervoegsel -y

Bijwoord

norsky

  1. (demoniem) Noors; met betrekking tot het land Noorwegen
  2. (demoniem) (op z'n) Noors; met betrekking tot het volk de Noren
  3. (taal) (in het) Noors; met betrekking tot de taal het Noors
Verbuiging
Synoniemen
  1. -
  2. -
  3. norština v
Verwante begrippen

Verwijzingen

    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.