navertellen
Nederlands
Woordafbreking
- na·ver·tel·len
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van na bw en vertellen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
navertellen |
vertelde na |
naverteld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
navertellen
- een gebeurtenis overleven, zodat men achteraf kan verhalen over die gebeurtenis,
- Miraculeus genoeg kan hij de crash met het vliegtuig heelhuids navertellen.
- Velen konden de ramp niet navertellen.
- opnieuw vertellen
- De sappige roddel wordt nog regelmatig naverteld.
- Het verhaaltje is snel naverteld.
Gangbaarheid
- Het woord navertellen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'navertellen' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.