nachtleven

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nacht·le·ven
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nachtleven
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

nachtleven o

  1. de wereld van het uitgaan dat meestal 's-nachts plaatsvindt in cafés en nachtclubs.
    • De jonge vakantiegangers leefden zich helemaal uit in het nachtleven van Amsterdam. 
    • Door het nachtleven is het op de spoedpost van het ziekenhuis ook midden in de nacht heel druk. 

Gangbaarheid

  • Het woord nachtleven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.