myoom
Nederlands
Woordafbreking
- my·oom
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘gezwel van spierweefsel’ voor het eerst aangetroffen in 1948 [1]
- afgeleid van het Griekse 'mus' (muis, spier) met het achtervoegsel -oom
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | myoom | myomen |
verkleinwoord | myoompje | myoompjes |
Gangbaarheid
- Het woord 'myoom' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'myoom' herkend door:
43 % | van de Nederlanders; |
50 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.