monte
Frans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
monter |
monte
- eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van monter
- eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van monter
- tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van monter
Italiaans
Uitspraak
- IPA: /ˈmonte/
Woordafbreking
- mon·te
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
montar |
monte
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van montar
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van montar
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van montar
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.