misdadiger
Nederlands
Uitspraak
- mísdadiger
- Geluid: mísdadiger (hulp, bestand)
- IPA: /'mɪsdadiɣər/
- misdádiger
- Geluid: misdádiger (hulp, bestand)
- IPA: /mɪs'dadiɣər/
Woordafbreking
- mis·da·di·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | misdadiger | misdadigers |
verkleinwoord | misdadigertje | misdadigertjes |
Zelfstandig naamwoord
mísdadiger m
- iemand die daden pleegt die een ernstig vergrijp tegen de wet vertegenwoordigen.
Vertalingen
1. iemand die daden pleegt die een ernstig vergrijp tegen de wet vertegenwoordigen
|
Gangbaarheid
- Het woord misdadiger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'misdadiger' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.