middelste
Nederlands
Woordafbreking
- mid·del·ste
Woordherkomst en -opbouw
Bijvoeglijk naamwoord
middelste
- zich in het midden bevindend
- Vooraan in de bioscoop moet je erg omhoog kijken en achterin kun je de ondertitels niet goed lezen, daarom kun je beter een plaats in de middelste rijen kiezen.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | middelste | middelsten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
middelste m
- wie of wat zich tussen uitersten bevindt
- Voor de hoekhuizen waren er veel kopers, maar de drie middelsten bleven lang te koop staan.
Onbepaald rangtelwoord
middelste
- precies tussen de uitersten van een reeks gelegen
- Als je waarnemingen sorteert op grootte, is de waarde van de middelste waarneming de mediaan.
Opmerkingen
- Dit woord is de meest gangbare term, 'middenste' is geen standaardtaal.[3]
Gangbaarheid
- Het woord middelste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'middelste' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Vroegmiddelnederlands Woordenboek
-
- Haeseryn, W. e.a. "7.3.1 Vorming van rangtelwoorden" in: Algemene Nederlandse Spraakkunst (1997) op website ans.ruhosting.nl; onder 2.; geraadpleegd 2016-04-08
- Middenste / middelste op website: taaladvies.net; geraadpleegd 2016-04-09
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.