metten
Nederlands
Woordafbreking
- met·ten
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het me Latijn, in de betekenis van ‘eerste deel van dagelijks breviergebed’ voor het eerst aangetroffen in 1236 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | metten | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (religie) vroege (eerste) ochtendgebed in kloosters van de rooms-katholieke kerk
- De metten beginnen tussen 3.45 en 6.15 uur 's morgens.
Uitdrukkingen en gezegden
- korte metten maken
- De Tweede Wereldoorlog was voor Creutzfeldt een bijzonder moeilijke periode vanwege de gewoonte van het naziregime om korte metten te maken met psychiatrische patiënten
Gangbaarheid
- Het woord metten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'metten' herkend door:
64 % | van de Nederlanders; |
75 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "metten" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- metten op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
- met·ten
Naar frequentie | zeldzaam |
---|
Nynorsk
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
- met·ten
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.