manziek
Nederlands
Woordafbreking
- manĀ·ziek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van man en ziek
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | manziek | manzieker | manziekst |
verbogen | manzieke | manziekere | manziekste |
partitief | manzieks | manziekers | - |
Gangbaarheid
- Het woord manziek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'manziek' herkend door:
67 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.