manuaal

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ma·nu·aal
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het me Latijn, in de betekenis van ‘handboek’ voor het eerst aangetroffen in 1476 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord manuaal manualen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

manuaal o

  1. (muziek) klavier van een orgel
  2. karakteristiek gebaar dat iemand maakt
  3. handboek (weinig gebruikt)

Gangbaarheid

  • Het woord manuaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
50 %van de Nederlanders;
30 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.