logeerkamer
Nederlands
Woordafbreking
- lo·geer·ka·mer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van logeer en kamer
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | logeerkamer | logeerkamers |
verkleinwoord | logeerkamertje | logeerkamertjes |
Zelfstandig naamwoord
logeerkamer v/m
- De gastenkamer, de kamer waar een logé kan slapen.
- In de logeerkamer staat vaak een bed dat permanent is opgemaakt, voor het geval dat er een keer iemand blijft slapen.
Gangbaarheid
- Het woord logeerkamer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'logeerkamer' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.