loeien

Nederlands

Uitspraak

Geluid: loeien (hulp, bestand)
IPA: /ˈlu.jə(n)/

Woordafbreking

loei·en

Woordherkomst en -opbouw

In de betekenis van ‘het natuurlijke geluid van runderen of de wind maken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 901 [1]

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
loeien	loeide	geloeid
zwak -d	volledig

Werkwoord

loeien

(dierengeluid) een langgerekt klagend geluid voortbrengen zoals dat van een koe

- De koeien loeien in de weide.

Vertalingen

1. een langgerekt klagend geluid voortbrengen

Engels: moo ^(en), low ^(en)
Frans: mugir ^(fr), beugler ^(fr), meugler ^(fr)
Italiaans: muggire ^(it)

Latijn: mugire ^(la)
Russisch: мычать ^(ru) (myčát’)
Spaans: berrear ^(es), bramar ^(es), mugir ^(es)

Gangbaarheid

Het woord loeien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'loeien' herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Verwijzingen

"loeien" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.