literatuur
Nederlands
Woordafbreking
- li·te·ra·tuur
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘letterkunde’ voor het eerst aangetroffen in 1676 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | literatuur | literaturen |
verkleinwoord | literatuurtje | literatuurtjes |
Zelfstandig naamwoord
literatuur v
- (kunst) de verzameling van al wat geschreven is, met name in een bepaalde taal; literaire traditie
- Het Cornisch kent een vrij uitgebreide literatuur, maar is behoudens pogingen de taal weer nieuw leven in te blazen in feite een dode taal.
- (kunst) het geheel van als kunstzinnig beschouwde geschreven werken, m.n. proza of poëzie
- Niet al wat geschreven is wordt in kunstzinnig opzicht als literatuur beschouwd, hoewel de meningen daarover soms verschillen.
- (wetenschap) de verzameling geschreven en na controle door vakgenoten gepubliceerde mededelingen van een vakgebied
- De literatuur op het gebied van hogetemperatuursupergeleiding is sinds de jaren 1980 explosief gegroeid.
Verwante begrippen
- letterkunde, litteratuur
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
1. de verzameling van al wat geschreven is, met name in een bepaalde taal
2. het geheel van als kunstzinnig beschouwde geschreven werken, m.n. proza of poëzie
|
|
3. de verzameling geschreven en na controle door vakgenoten gepubliceerde mededelingen van een vakgebied
|
|
Gangbaarheid
- Het woord literatuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'literatuur' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.