lekken

Nederlands

Uitspraak

Geluid: lekken (hulp, bestand)

Woordafbreking

lek·ken

Woordherkomst en -opbouw

In de betekenis van ‘niet dicht zijn’ voor het eerst aangetroffen in 1440 [1]
[2]

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
lekken	lekte	gelekt
zwak -t	volledig

Werkwoord

lekken

overgankelijk vloeistof laten ontsnappen

- De kraan lekt.

- Mijn auto lekt olie.
overgankelijk geheime informatie onthullen

- Hij lekte enkele vertrouwelijke documenten naar een journalist.

Hyponiemen

aflekken, doorlekken, onderlekken, uitlekken

Afgeleide begrippen

lekdrempel
lekhonig
lekhoning
lekkage

lekspanning
leksteen
lekstok
lekstroom

lekvrij
lekwater
lekweerstand
lekzucht

Vertalingen

1. vloeistof laten ontsnappen

Engels: leak ^(en)

Spaans: escaparse ^(es), gotear ^(es), hacer agua ^(es) , salirse ^(es)

Zelfstandig naamwoord

lekken mv

meervoud van het zelfstandig naamwoord lek

Gangbaarheid

Het woord lekken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'lekken' herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Verwijzingen

Nynorsk

Woordafbreking

lek·ken

Zelfstandig naamwoord

lekken, m

bepaalde vorm nominatief enkelvoud van lekk

Synoniemen

leken

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.