leesblind
Nederlands
Woordafbreking
- lees·blind
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van lezen ww en blind bn
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | leesblind | leesblinder | leesblindst |
verbogen | leesblinde | leesblindere | leesblindste |
partitief | leesblinds | leesblinders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
leesblind
- niet in staat zijn te kunnen lezen
- De kwaliteit van de test waarmee wordt vastgesteld of een scholier leesblind moet omhoog. Staatssecretaris Sander Dekker (Onderwijs) gaat daarvoor in overleg met psychologen en orthopedagogen die deze dyslexieverklaringen afgeven. Mogelijk komt er een keurmerk. [1]
- Mart de R. is leesblind en heeft bovendien een ziekte die hem geleidelijk sloopt. ”De jongen heeft nog twee jaar medicijnen gestudeerd. Maar de hoofdzaak was, dat hij bij ons gelukkige jaren had gekend.” [2]
- Belgen vinden dat vertederend, iemand die onhandig is, maar vreselijk zijn best doet. De Zweedse koning Carl Gustav is leesblind, maar hij deelt wel de Nobelprijzen uit. Als koning moet je vriendelijk en minzaam zijn, niemand verwacht dat je zelf een Nobelprijs wint.'' [3]
Gangbaarheid
- Het woord leesblind staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'leesblind' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
89 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Tubantia Hanneke Keultjes 22-02-17 'Kwaliteit van dyslexietest scholieren moet omhoog'
- Reformatorisch Dagblad Rudy Ligtenberg 22-05-2003 Schoolmeester met een rooie draad
- De Standaard 27 OKTOBER 2001 Steven De Foer REPORTAGE. Het opgroeien van een koningskind
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.