lacht uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lacht uit    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɑxt ˈœyt/
Woordafbreking
  • lacht uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitlachen

lacht (…) uit

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitlachen
    • Jij lacht uit. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitlachen
    • Hij lacht uit. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van uitlachen
    • Lacht uit! 

Gangbaarheid

  • Het woord lacht uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.