kopwerk
Nederlands
Woordafbreking
- kop·werk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kop zn en werk zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kopwerk | kopwerken |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
kopwerk o
- het uit de wind houden van medesporters in een snelheidswedstrijd door vooraan te gaan
- In totaal wist de Nederlandse ploeg in het Zuid-Afrikaanse Pietermaritzburg zes gouden medailles te veroveren, waaronder de gouden plak van Tim de Vries tijdens de wegwedstrijd op zaterdag. Een overwinning die mede tot stand kwam door het kopwerk van Reekers. [1]
- De grote favoriet Edwin Kiptoo stelde teleur. De Keniaan die de afgelopen twee edities van de Dam tot Dam won, ging voor de historisch hattrick maar eindigde als vierde. Kiptoo liep lang op kop maar moest zijn vele kopwerk in de laatste kilometer bekopen. [2]
- Jorrit Bergsma eindigde als negende. De Friese stayer deed veel kopwerk, maar wachtte in de slotfase vergeefs op ploeggenoot Arjan Stroetinga. Diens achterstand op de voorste rijders was te groot om zich nog in de eindsprint om de medailles te kunnen mengen. [3]
- hersenarbeid
Gangbaarheid
- Het woord kopwerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kopwerk' herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Tubantia Mart Oude Nijeweeme 06-09-17 Handbiker Reekers zielsgelukkig met bronzen rit in Zuid-Afrika
- Tubantia Bert van der Linden 17-09-17 Ethiopiër Legese sterkste in 33ste Dam tot Damloop
- Tubantia 11-11-17 En ook bij de massastart wint een Japanse vrouw
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.