koelie
Nederlands
Woordafbreking
- koe·lie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Indonesisch, in de betekenis van ‘dagloner’ voor het eerst aangetroffen in 1642 [1]
- van het Chinees [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | koelie | koelies |
verkleinwoord | koelietje | koelietjes |
Zelfstandig naamwoord
koelie m [3]
- (geschiedenis) (in Azië) ongeschoolde arbeider, sjouwer
- loonslaaf
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord koelie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'koelie' herkend door:
74 % | van de Nederlanders; |
55 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.