knobbelen
Nederlands
Woordafbreking
- knob·be·len
Werkwoord
knobbelen [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
knobbelen |
knobbelde |
geknobbeld |
zwak -d | volledig |
Afgeleide begrippen
- uitknobbelen
Gangbaarheid
- Het woord knobbelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'knobbelen' herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
81 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.