knap op

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • knap op
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
opknappen

knap op

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opknappen
    • Ik knap op. 
  2. gebiedende wijs van opknappen
    • Knap op! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opknappen
    • Knap je op? 

Gangbaarheid

  • Het woord knap op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.