klapband
Nederlands
Woordafbreking
- klap·band
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van klap en band
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | klapband | klapbanden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
klapband m [1]
- een luchtband die door een lek zeer plotseling, met een klap geheel leegloopt en waardoor het besturen van het voertuig plotseling heel moeilijk is
- Als Duitsland investeert is dat goed voor de eurozone: de Duitse economie beslaat 30 procent van de hele eurozone. Maar minister van Financiën Schäuble is een dorpspoliticus. Zolang hij daar zit, gebeurt er niks. Voor de VS geldt hetzelfde: daar heb je een fourwheeldrive nodig om rond Washington te rijden, anders krijg je een klapband door de gaten in de weg. Ook de vliegvelden en het spoor zijn abominabel slecht. De VS zijn wel dichter bij hoogconjunctuur. Maar het land investeert structureel te weinig in de wegen.”[2]
- audio tape waar applaus op staat
Gangbaarheid
- Het woord klapband staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'klapband' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.