kien uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kien uit    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈkin ˈœyt/
Woordafbreking
  • kien uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitkienen

kien (…) uit

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkienen
    • Ik kien uit. 
  2. gebiedende wijs van uitkienen
    • Kien uit! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitkienen
    • Kien je uit? 

Gangbaarheid

  • Het woord kien uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.